Background Image

Oprecht

gefocust

Wettelijke verhoging en matiging – werkgever heeft pech gehad

Meestal betaalt een werkgever richting het einde van een maand salaris aan de werknemer. Als een werkgever te laat betaalt, dan wordt al snel gesproken over het recht op de wettelijke verhoging. Wat is dat precies? Wettelijke verhoging is de boete die de werkgever betaalt vanaf de 4e werkdag dat hij het loon te laat betaalt. Uiteraard hoeft een werkgever die boete niet te betalen als de vertraging niet aan hem is te wijten.

Artikel 7:625 Burgerlijk Wetboek (BW)
In artikel 7:625 BW staat geschreven hoe die wettelijke verhoging werkt en hoe hoog die is. Het is best een lang artikel. De tekst is als volgt:

“Voor zover het in geld vastgesteld loon of het gedeelte dat overblijft na aftrek van hetgeen door de werkgever overeenkomstig artikel 628 mag worden verrekend, en na aftrek van hetgeen waarop derden overeenkomstig artikel 633 rechten doen gelden, niet wordt voldaan uiterlijk de derde werkdag na die waarop ingevolge de artikelen 623 en 624 lid 1 de voldoening had moeten geschieden, heeft de werknemer, indien dit niet-voldoen aan de werkgever is toe te rekenen, aanspraak op een verhoging wegens vertraging. Deze verhoging bedraagt voor de vierde tot en met de achtste werkdag vijf procent per dag en voor elke volgende werkdag een procent, met dien verstande dat de verhoging in geen geval de helft van het verschuldigde te boven zal gaan. Niettemin kan de rechter de verhoging beperken tot zodanig bedrag als hem met het oog op de omstandigheden billijk zal voorkomen.”

Hoogte 
Wat staat er nu concreet?

  • Vanaf de 4e tot en met de 8ste werkdag wordt het achterstallige salaris (salaris wat je als werkgever nog moet betalen) verhoogd met 5% over het oorspronkelijke salaris;
  • Vanaf de 9e werkdag is de verhoging 1% per dag extra. 
  • De totale wettelijke verhoging mag in totaal niet hoger zijn dan de helft van het verschuldigde loon.

Matiging
De wettelijke verhoging die je als werkgever moet betalen kan dus serieus oplopen. Maar aan het slot van het artikel staat nog een escape. Er is ruimte voor matiging. De rechter kan een verhoging beperken tot een bedrag dat billijk is als je kijkt naar alle omstandigheden. Als er een procedure loopt waarbij het gaat om wettelijke verhoging doet de werkgever dan ook eigenlijk altijd wel een beroep op deze matiging.

Botlek Stores betaalt te weinig salaris
Op 21 januari 2022 deed de kantonrechter in Rotterdam een uitspraak waar het ook ging om de wettelijke verhoging. Werkgever was Botlek Stores. De werknemer was oproepkracht. De oproepkracht had 61,15 uur voor het bedrijf gewerkt en dus had hij recht op een salaris van € 642,10 bruto. Maar Botlek Stores betaalde niet. Helemaal niets. Terwijl het werk al in december 2020 was verricht. De werknemer stapte naar de rechter. 

€ 642,10 salaris en € 321,05 wettelijke verhoging
Hij wilde betaling van zijn salaris verhoogd met 50% van dat salaris als wettelijke verhoging. Botlek Stores vond dat de rechter de wettelijke verhoging moest afwijzen. Waarom? 

  • Wettelijke verhoging is een prikkel om ervoor te zorgen dat een werkgever op tijd het loon betaalt. De oproepkracht heeft maar heel even gewerkt en dus is een prikkel niet nodig;
  • Botlek Stores verkeerde in december 2020 in financiële problemen door corona.

Hoe oordeelt de rechter? 
De rechter moest beslissen over de gevorderde wettelijke verhoging. De rechter was heel duidelijk:

“Botlek Stores betwist niet dat zij het loon verschuldigd is aan [eiser], maar laat desondanks al meer dan een jaar na om dat loon aan hem te betalen. Het correct voldoen van het loon vormt een van de meest elementaire verplichtingen van een werkgever. Werknemers zijn immers met betrekking tot hun levensonderhoud veelal afhankelijk van dat loon. Dat geldt voor oproepkrachten (zoals [eiser] ) die wellicht relatief weinig uren gewerkt hebben, in dezelfde mate als voor werknemers die in vaste dienst zijn en die fulltime werken. 
De kantonrechter rekent Botlek Stores het niet betalen van het verschuldigde loon zwaar aan. Ook de onderhavige procedure vormt blijkbaar voor haar geen aanleiding om alsnog tot betaling over te gaan. 
De door Botlek Stores aangevoerde, overigens niet onderbouwde, omstandigheid dat zij in december 2020 als gevolg van de coronacrisis in financiële problemen verkeerde vormt hier (uiteraard) geen rechtvaardiging voor. Het toewijzen van de wettelijke verhoging, en daarmee het geven van een prikkel om het loon tijdig te betalen, is daarom hier bij uitstek op zijn plaats, zodat de kantonrechter voor matiging van de wettelijke verhoging geen aanleiding ziet en de wettelijke verhoging onverkort toegewezen wordt.”

De rechter had duidelijk geen goed woord over voor het gedrag van Botlek Stores. In situaties als deze is de maximale wettelijke verhoging bij uitstek gerechtvaardigd. Geen enkele grond voor matiging. Deze werkgever kreeg de maximale ‘straf’ van 50% van het salaris opgelegd, te betalen bovenop het salaris zelf. 

Praktijk
Dit recente voorbeeld is wat dat betreft meer uitzondering dan regel. Botlek Stores nam de oproepkracht niet serieus en ook de procedure bij de rechter kreeg niet de volle aandacht van het bedrijf, zo lees je in de uitspraak. In de praktijk wordt er meestal niet de maximale wettelijke verhoging van 50% toegekend. Een serieus matigingsverweer is altijd wel voor een deel succesvol. Tenzij de werkgever er echt een potje van maakt, een werknemer niet serieus neemt, de boel traineert, etc. 

De uitspraak van de kantonrechter in Rotterdam van 21 januari 2022 (ECLI:NL:RBROT:2022:557) kunt u hier lezen

Post & Bouter Advocaten in Barneveld
Arbeidsrechtadvocaten
Arbeidsrecht

Deel deze blog